Zware Aardverschuiving in Papoea-Nieuw-Guinea.
In Papoea-Nieuw-Guinea, een land ten noorden van Australië, vond vorige week donderdagnacht een zware aardverschuiving plaats. Een dorp werd overspoeld. Iedereen wist dat het een natuurramp betrof, maar de omvang en het aantal dodelijke slachtoffers was aanvankelijk onduidelijk.
De Verenigde Naties schatten vrijdag aanvankelijk het aantal doden op 100. Gisteren werd dat bijgesteld naar 670, en nu spreken ze zelfs van 2.000 doden. Dit aantal kan nog oplopen, aangezien er in het dorp 3.800 mensen woonden. Veel mensen liggen nog onder de aarde, met modderstromen die een diepte van 6 tot 10 meter bereikten.
De VN acht de kans klein dat er nog overlevenden worden gevonden. Het afgelopen weekend viel er veel regen, wat het werk van de reddingswerkers nog moeilijker maakt en ook de overlevenden in het rampgebied bedreigt. De plaats waar de ramp plaatsvond is moeilijk bereikbaar, waardoor er een tekort is aan werkmateriaal. Veel mensen graven met hun blote handen.
De premier van Papoea-Nieuw-Guinea, James Marape, heeft het leger ingeschakeld, maar bewoners melden dat ze nauwelijks militaire aanwezigheid hebben gezien.
Tot nu toe zijn er nog maar 10 lichamen gevonden, en nog veel mensen worden vermist.
Deze week wordt er opnieuw veel regen verwacht, wat kan leiden tot nieuwe aardverschuivingen. Mensen worden nu geëvacueerd om verdere slachtoffers te voorkomen.
Redacteur: Sam Verstraete ( VGT nieuws )